Mijn vriend Jeroen weet instinctief waar het goed toeven is, en, als het hem niet bevalt, dan hoor je het direct. Als hij iets aanraadt, dan moet het goed zijn. De Jagdhof is zo’n fijn adresje, gelegen aan de voet van de Stubaier gletsjer, in Neustift, 18 kilometer van vliegveld Innsbruck. Op 2,5 uur reizen ligt het paradijs en afgelopen week heb ik het erop gewaagd. De Jagdhof is een Relais & Chateaux, de vijf sterren dubbel en dwars waard. Ik had een kamer met uitzicht op de gletsjer van circa 100 m2, bubbelbad, woonkamer, twee slaapkamers en balkon. Inclusief ontbijt en 6 gangen diner € 600,00 per nacht. Value for money. De ontvangst in traditionele Dirndl is allerhartelijkst (je vraagt je af hoe welke puriteinse gek de Nederlandse klederdracht ooit heeft bedacht, maar dat terzijde).

De wijnkelder herbergt de mooiste wijnen. Wij dronken onder meer op het terras (begeleid door verse oesters) in de stralende zon mijn favoriete Gruner Veltliner van Franz Hirtzberger, uit het dorpje Wachau, en dan ook nog van de Smaragdberg. Kan zo maar 20 jaar liggen, beter wordt het niet. Wij dronken het jaar 2006, ben nog steeds emotioneel als ik eraan terug denk. In Nederland alleen te krijgen bij Imperial Wijnkoperij á € 59,00 per fles. Ik gun er mijzelf ieder jaar minimaal 6. Voorts dronken wij de rode wijn (een cuvee van Blau Frankisch en St. Laurent) van Weingut Gesellmann, een van de beste Oostenrijkse wijnproducenten wat rode wijn betreft.
Culinair is de Jagdhof op orde. Fijn om een keer in een Oostenrijks 5 sterren hotel te eten, zonder dat je op halffabrikaten wordt getrakteerd. Daags voordat ik kwam kookten de fameuze Oostenrijkse sterrenchefs Thomas Strasser en Heinz Reitbauer er, het heeft zo moeten zijn.

De Jagdhof is een heerlijke plek, met prachtige wellness en zwembaden. De gletsjer is tot eind juni open en gaat begin september weer open. Ik heb er heerlijk geskied op het “grote blauwe piste-paradijs”.

Gun jezelf de Jagdhof.